Delft en de Leidschendam – Stadsarchief Delft
De windassen van de Leidschendam op een kaart van Coenraet Oelenz, 1555 (TMS 119502)

De windassen van de Leidschendam op een kaart van Coenraet Oelenz, 1555 (TMS 119502)

27 mei 2023:

Delft en de Leidschendam

De Schie en de Vliet vormen samen al eeuwenlang de economische levensader van Delft. Sinds het ontstaan van de stad zijn ze van essentieel belang voor de aan- en afvoer van water, goederen en mensen. Het is dan ook geen wonder dat Delft zeggenschap wil hebben over deze waterwegen. Aan de Maasmond bezit de stad al sinds 1389 een sluis en een haven, waardoor de toegang tot de zee verzekerd is. Voor controle over de Vliet moet langer worden gestreden. Aan de Maasmond bezat de stad al sinds 1389 een sluis en een haven, waardoor de toegang tot de zee verzekerd was. Voor controle over de Vliet moest langer worden gestreden.

De waterweg tussen Delft en Den Haag wordt al in de dertiende eeuw druk gebruikt. In theorie kun je over de Vliet ook naar Leiden varen en vandaar via het Haarlemmermeer naar Haarlem en Amsterdam of via de Oude Rijn naar Utrecht. Maar er ligt een belangrijke hindernis tussen: de Leidschendam. Die vormt de waterscheiding tussen de hoogheemraadschappen van Rijnland en Delfland. Kleine bootjes kun je via een windas over de dam trekken, maar van grotere schepen moet je de lading overladen op schuiten aan de andere kant. Bovendien moet je tol betalen aan de eigenaar van de dam, aanvankelijk de familie Van Wassenaar, later de Van Naaldwijks en de Van Arenbergs.

In 1489 bemachtigt Delft in eendrachtige samenwerking met dameigenaar Hendrik van Naaldwijk een vergunning van Delfland om een sluis te bouwen. Dit is niet het einde maar het begin van een eeuwenlange strijd. Gouda en Dordrecht willen namelijk niet dat er een doorgaande vaarroute van de Maas via Delft en Leiden ontstaat. Zij hebben er belang bij dat de scheepvaart aangewezen blijft op de traditionele route via de Hollandse IJssel en de Gouwe. In januari 1492 nemen Dordrecht en Gouda het recht in eigen hand. Zij sturen honderden werklui naar de Leidschendam om de bijna voltooide sluis kort en klein te slaan.

Elke keer als het werk wordt hervat en een eind is gevorderd, grijpen Gouda en Dordrecht in. Is het niet met geweld, dan wel via de rechter. Juristen verdienen kapitalen aan alle processen die de steden voeren over de Leidschendam. Zelfs nadat Delft in 1580 de Leidschendam weet te kopen van de familie Van Arenberg, is het pleit nog niet beslecht. Pas in 1648 kan daadwerkelijk een sluisje worden aangelegd. Het is klein, maar beter iets dan niets.

Inloggen