Lotnummer – Stadsarchief Delft
Lotnummer van G.M. Wiltens voor de Nationale Militie (Archief 598, inv.nr 1038)

Lotnummer van G.M. Wiltens voor de Nationale Militie (Archief 598, inv.nr 1038)

Bevelschrift voor G.M. Wiltens van de Nationale Militie (Archief 598, inv.nr 1038)

Bevelschrift voor G.M. Wiltens van de Nationale Militie (Archief 598, inv.nr 1038)

14 juni 2024:

Lotnummer

‘Lang vijf voet, twee duym, drie streeken.’ De oude lengtematen op dit lotnummer variëren per regio.

Een voet staat over het algemeen voor een goede 30 centimeter, een duim voor 2,5 centimeter en een streek voor een millimeter. Het geheel komt uit op minstens 1,55 meter. Net lang genoeg.

Lotnummer 438 is van de Delftse katholieke jongeman Gerardus Matthias Wiltens. Hij trekt het in februari 1816 bij de loting voor de Nationale Militie, een relatief nieuw fenomeen. Napoleon heeft de dienstplicht in 1811 onder protest ingevoerd om voldoende soldaten te kunnen rekruteren voor zijn oorlogsplannen. Zodra de Fransen vertrekken, neemt het kersverse koninkrijk het idee over. De eerste Militiewet is sinds 1815 van kracht. Een jaar later wordt Gerardus achttien jaar en komt hij voor loting in aanmerking. De dienstplicht geldt namelijk niet voor alle jongemannen: alleen voor degenen die ingeloot worden.

Gerardus moet zich op 27 februari om acht uur ’s morgens in de Oude Kerk melden. Daar trekt hij dit nummer waarmee hij wordt ingeloot. De keuring vindt daarna plaats. Mannen moeten minstens 1,55 meter groot zijn en mogen geen lichamelijke gebreken hebben. Gerardus is net lang genoeg. Of niet kort genoeg, het is maar hoe je het bekijkt. Vermoedelijk accepteert Gerardus zijn lot en begint hij braaf aan vijf jaar (!) diensttijd. Wie niet in dienst wil, kan een bezwaarschrift sturen. Er zijn boeken vol van deze verzoeken bewaard gebleven, maar Gerardus komt daar niet in voor. Een andere ontsnappingsmogelijkheid is het inhuren van een remplaçant, ofwel vervanger. Rijke leeftijdsgenoten weten zo onder hun dienstplicht uit te komen, een mogelijkheid die in 1898 wordt afgeschaft.

Gerardus behoort tot een van de eerste lichtingen, er zullen er nog vele volgen. De Militiewet blijft tot 1922 van kracht en wordt dan opgevolgd door de Dienstplichtwet. De administratie van duizenden jongemannen bij de Nationale Militie biedt een ongekende hoeveelheid informatie over de aankomende soldaten van weleer. Over het al dan niet ingeloot worden, over hun bereidwilligheid om in dienst te gaan en ook nog eens over hun lengte. Er zijn weinig andere bronnen die zulke privacygevoelige zaken prijsgeven.

Bevelschrift voor G.M. Wiltens van de Nationale Militie (Archief 598, inv.nr 1038)

Inloggen